woensdag 26 december 2012

Vanzelfsprekend...


Door Theo Maas
Een van de vragen die in een interview van Xandra Schutte met Keklik Yucël gesteld wordt is: ‘Hoe zorg je dat de huidige en volgende generaties de waarden vrijheid, gelijkheid en solidariteit op waarde weet te blijven schatten aangezien ze steeds minder bewust zijn van de strijd die het heeft gekost om ze te verkrijgen.’ In dit artikel wil ik daar graag verder op ingaan.

Wat vanzelfsprekend aanwezig lijkt te zijn is moeilijk op waarde te schatten. Keklik Yucël (Tweede Kamerlid voor de PvdA) geeft dit zelf in haar interview met Xandra Schutte al aan. Daar waar haar vader het niet vanzelfsprekend vond dat hij en zijn gezin welkom waren in Nederland en hier konden werken en onderwijs kregen, net als autochtonen, ervoer Keklik juist ongelijkheid doordat haar vader daar richting Den Uyl zijn dankbaarheid voor toonde. Hoezo zou je daar dankbaar voor moeten zijn?

Zo zijn er meerdere voorbeelden waaruit blijkt dat datgene wat vanzelfsprekend aanwezig lijkt te zijn, z’n waarde lijkt te verliezen en daarmee ook het besef dat die zogenaamde vanzelfsprekendheden elke keer weer opnieuw bevochten moeten worden. Dat ze bewustzijn, inzet en volharding blijven vragen.
Enkele voorbeelden op verschillende niveaus en thema’s:

Vrijheid om te stemmen
stembiljet

In het verleden in Europa, in Nederland zo sterk bevochten. Letterlijk met bloed zweet en tranen veroverd, verloren en weer heroverd. Pas 90 jaar geleden in Nederland is het algemeen kiesrecht voor alle Nederlanders zeker gesteld, althans voor de time being. Bij gemeenteraadsverkiezingen is het Nederlanderschap geen eis, daarvoor hoef je ‘slechts’ 5 jaar legaal inwoner te zijn. (In het nieuwe regeerakkoord wordt dit verhoogd naar 7 jaar.) In 1970 is de opkomstplicht afgeschaft.
 
Bij de laatste verkiezingen sprak ik met allochtonen uit verschillende internationale conflictgebieden waaronder Afghanistan en Egypte. Vol ongeloof waren zij dat mensen de kans lieten lopen hun stem uit te brengen. Vol ongeloof omdat zij in hun land van herkomst zelf ervoeren wat het betekent om geen stemrecht te hebben, geen vrijheid te kennen om een mening te hebben, deze te laten horen, zich te verenigen, zich politiek te manifesteren. Zij gaven aan stemrecht niet zonder verantwoordelijkheid te beschouwen.
Bij een van de vorige verkiezingen ben ik voorzitter van een stembureau geweest. Wat mij opviel was dat sommige allochtonen maar ook ouderen, hun zondagse kleren aantrokken om hun stem uit te brengen, daarmee de waarde onderstrepend die zij hechten aan het uitbrengen van hun stem, aan hun recht én hun vrijheid om te stemmen.

Solidariteit
In 2011 had de Sociale Volksverzekeringsbank als thema voor hun jaarcongres: ‘Solidariteit en Sociale Zekerheid: kunnen we het nog wel uitleggen?’ In het voorwoord van een gelijknamige uitgave ter gelegenheid van het jaarcongres schrijft voorzitter Erry Stoové in de eerste alinea: ‘Hebben we nog een gemeenschappelijk gevoel bij onze samenleving? Hoe saamhorig zijn we anno nu? Een fascinerend thema, solidariteit.’ Solidariteit verbindt hij direct met gemeenschappelijk gevoel en saamhorigheid.
Juist de afgelopen weken, na de verkiezingsuitslag, de formatie en de presentatie van en discussie rondom het regeerakkoord ben ik eerlijk gezegd meer gaan twijfelen aan de aanwezigheid én kracht van het gemeenschappelijk gevoel en saamhorigheid. Kiezers die bij de coalitiepartijen meteen weer weglopen omdat zogenaamd verkiezingsbeloften gebroken werden en hun portemonnee harder geraakt of minder beloond werd dan beloofd was. Hun vraag was wellicht niet, solidariteit hoe kan ik eraan bijdragen, maar solidariteit hoe blijf ik buiten schot. 

Diederik Samsom is terecht teleurgesteld dat hij zo weinig mails heeft ontvangen over de korting van één miljard op Ontwikkelingssamenwerking. Terecht wordt ook opgemerkt dat échte solidariteit niet alleen in middelen voor ontwikkelingssamenwerking zitten, maar nog veel meer in eerlijke handel waarbij strak gehouden wordt aan onder andere internationale afspraken over eerlijke arbeid en duurzaamheid. Waarin landen niet leeggeroofd worden en geen zaken worden gedaan met regimes die democratische rechten van hun inwoners niet erkennen. En als dát staat, is het zelfs de vraag in hoeverre middelen voor ontwikkelingssamenwerking nog nodig zijn. Het is juist het gebrek aan solidariteit, gebrek aan respect voor mensenrechten, milieu en duurzaamheid die ontwikkelingssamenwerking noodzakelijk maken.

In navolging van Joop den Uyl; Twee dingen goed begrijpen…
Ten eerste: het CDA heeft de neiging om compassie en solidariteit te verwarren. Compassie is iets wat je hebt maar wat niet noodzakelijkerwijs aanzet tot, activeert. Compassie slaat op jezelf, jij hebt ergens of van iemand last waardoor je met dat vervelende gevoel van medelijden wordt opgezadeld. Solidariteit activeert echter en gaat daarom ook verder, solidariteit vraagt beweging, actie, inzet. Compassie biedt hooguit een aalmoes, vroeger bijvoorbeeld in de vorm van het inzamelen van zilverpapier. Solidariteit streeft naar gelijkwaardigheid.

De VVD gaat nog verder, zij individualiseert solidariteit: wie solidair wil zijn geeft zelf maar aan een goed doel, dat regelt zichzelf wel. De VVD ontkent daarmee de verantwoordelijkheid van een samenleving, vermaakt de overheid tot een gedehumaniseerd instituut. Ik daag hen uit om hun tweede V niet alleen voor zichzelf, maar ook voor anderen, niet alleen voor ons land maar ook voor andere landen in te vullen. De V van Vrijheid die staat voor gevrijwaard zijn van misbruik van macht en kapitaal om de ander te onderdrukken en uit te buiten. De macht van de markt om niet mensen, vrijheid en gelijkwaardigheid te dienen, maar te ondermijnen. De macht van de ongecontroleerde markt om een samenleving kapot te maken.

Ten tweede: Is solidariteit hetzelfde als broederschap? ‘Liberté, egalité et fraternité’ heet het motto van de Franse revolutie te zijn. Bijzonder is, dat in de loop van de tijd dit z’n varianten heeft gekend (onder Napoleon gold de leuze "la Nation, la Loi, le Roi" (de Natie, de wet, de Koning), of "Union, Force, Vertu" (Eenheid, Kracht, Deugd), en tijdens de Duitse bezetting in de Tweede Wereldoorlog werd het vervangen door "Travail, famille, patrie" (Werk, familie, vaderland) door maarschalk Pétain). Broederschap gaat voor mij verder dan verwantschap van broers en/of zussen. Broederschap staat voor mij gelijk aan gekozen verwantschap, zich verbonden weten met en vandaaruit zich solidair weten met.
De vraag die ik me stel is of de grondleggers van het motto Liberté, egalité et fraternité bewust deze termen ook in deze volgorde hebben gezet. Vrijheid als voorwaarde voor gelijkheid, als voorwaarde voor broederschap? Met andere woorden, kun je pas invulling geven aan solidariteit als vrijheid en gelijkheid verankerd zijn?

Aan de andere kant zie je dat ervaren onvrijheid mensen verbroedert, kijk maar naar de Arabische Lente waarin het streven naar en de strijd voor vrijheid mensen verbindt en verbroedert. Bijzonder ook om te constateren dat dáár de solidariteit gevonden wordt in het streven naar een gezamenlijk belang en dat híer solidariteit juist ter discussie staat omwille van het eigen belang.

Tjonge, deze constatering roept veel vragen op. Met name over de ingang die we hebben te vinden om het belang van solidariteit uit te leggen, te motiveren, te onderbouwen. Blijkbaar gaat het daar mis en niet zo’n beetje ook. En kom ik weer uit bij de vraag die de SVB zich ook al stelde. ‘Solidariteit en Sociale Zekerheid, kunnen we het nog wel uitleggen’. Of anders gesteld: ‘(Internationale) Solidariteit en (internationale) Sociale Zekerheid, hoe gaan we dat en blijven we dat uitleggen.
Hebben we daarbij niet veel meer aandacht te besteden aan het zogenaamde ‘welbegrepen’ eigen belang. Is dat eigen belang nog wel ‘welbegrepen’. Hoe kunnen en moeten we dat ‘welbegrepen’ eigen belang niet continu veel duidelijker verbinden in onze politieke boodschap.

Hoe kunnen we huidige maar vooral ook komende generaties voor wie verworvenheden van onze sociaal democratische politieke idealen als vanzelfsprekend ervaren worden; meer als een recht dan als resultaat van eigen verantwoordelijkheid, eigen inzet, eigen bloed, vlees en tranen gezien wordt; als iets dat je kunt claimen in plaats van aan moet bijdragen beleefd wordt; hoe kunnen we die huidige en komende generaties niet alleen overtuigen van maar ook medeverantwoordelijk maken voor de realiteit én noodzakelijkheid dat vrijheid, gelijkheid en solidariteit pas waarde krijgt als je het zelf waarde geeft. Door op de eerste plaats, ongeacht je leeftijd, je sociale status, je afkomst of toekomst eraan bij te dragen en op de tweede plaats er ongeacht je leeftijd, je sociale status, je afkomst of toekomst er sober gebruik van te maken. Omdat je respect hebt voor degene die bijdraagt. Ook dat is solidariteit. Omdat je weet dat het niet vanzelfsprekend is en elke keer opnieuw bevochten moet worden. Omdat je weet dat een samenleving niet zonder jou kan. 

Vanzelfsprekend…